Ekv internationaal: OESO, groene schepen en grondstoffen
De wereld verandert in een rap tempo door een opeenstapeling van crises en gelijktijdige transities, waarbij de weg naar een gezondere en veiligere samenleving en economie vol onzekerheden zit. Dat vraagt wendbaarheid, ook van de ekv – als belangrijk handelsinstrument. Onmisbaar hiervoor is voortdurende aandacht en inzet voor het gelijke speelveld tussen landen om de concurrentiepositie van het Nederlandse bedrijfsleven op weg naar die nieuwe economie zo goed mogelijk te waarborgen. We schreven eerder al over de flexibilisering en vereenvoudiging van de Arrangement on officially supported export credits (lees hier meer over het werk van OESO en exportkredieten) Hieronder vertellen we wat er allemaal nog meer speelt in de wereld van publieke exportkredietverzekeraars (ECA's), hoe Atradius DSB zich daarin beweegt en hoe we daarbij de belangen van Nederlandse exporteurs behartigen.
Het tegengaan van klimaatverandering blijft een urgent onderwerp op de internationale agenda. Kolen gerelateerde transacties zijn al langer uitgesloten door de deelnemende landen aan de Arrangement (Australië, Canada, de EU, Japan, Zuid-Korea, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Zwitserland, Turkije, Verenigd Koninkrijk en de VS). Een volgende stap is het maken van vergelijkbare afspraken over de waardeketens voor olie en gas. Zoals bekend is het in Nederland sinds 2023 niet langer mogelijk om exportkredietverzekeringen af te sluiten voor fossiele transacties, behoudens een beperkt aantal uitzonderingen. Veel – met name Europese – landen hebben vergelijkbare maatregelen genomen. Dat alle deelnemende landen aan de Arrangement zich hierbij binnen afzienbare tijd aansluiten is natuurlijk van belang voor het klimaat maar ook voor het bewaken van het gelijke speelveld.
Daarnaast staat het stimuleren van vergroening van de scheepvaartsector hoog op onze onderhandelingsagenda; de Nederlandse scheepsbouw is een belangrijke exportsector voor Nederland en al lange tijd een belangrijke gebruiker van de ekv. Onderhandelingen over schepen zijn vaak ingewikkeld door grote economische en strategische belangen en heterogeniteit van de markt. De meestal relatief kleine en specialistische schepen die in Nederland worden gebouwd, bevinden zich in een heel ander marktsegment dan de containerschepen en LNG-tankers uit Zuid-Korea of de enorme Europese cruiseschepen. Dat maakt het lastig om tot een uniforme set regels te komen. Toch is er vooruitgang: dit jaar is een werkgroep ingesteld die met voorstellen voor herziening van de regels voor zeevarende én groene schepen gaat komen. Dat biedt kansen voor Nederlandse scheepsbouwers, die doorgaans aan het front van de technologische ontwikkelingen opereren. Nederland is in de werkgroep een van de actiefste deelnemers, waarbij voor ons de belangen van de Nederlandse scheepsbouwers centraal staan.
Naast internationale onderhandelingen over de Arrangement onderhandelen we namens Nederland ook over specifiekere thema's zoals de de uitvoering van milieu- en sociale due diligence. De huidige OESO-aanbevelingen uit 2016 zijn namelijk hoognodig toe aan vernieuwing. Zo zet Nederland zich in voor een risk based approach i.p.v. de huidige rules based approach. Bovendien beoordeelt Atradius DSB dekkingsaanvragen voor transacties waarbij de E&S risico’s hoog zijn, ongeacht de looptijd van de exportfinanciering en het toepassingsbereik van de Arrangement. Als de overige OESO-landen dit ook gaan doen, trekt dit het internationaal speelveld weer recht. Ook werken we binnen de OESO namens Nederland aan de anti-bribery guidance note. Deze is gericht op kennisuitwisseling over de toepassing van de OESO-aanbevelingen op het geboed van anti-omkoping, met als voornaamste doel het versterken van het internationaal gelijkwaardig speelveld.
De agenda in de EU op het gebied van exportkredietverzekeringen wordt ook steeds voller door het actief onderzoeken van samenwerkingsmogelijkheden tussen EU en nationale publieke exportkredietverzekeraars. En met een eerste resultaat! Zo heeft EIF (European Investment Fund), een zustermaatschappij van de Europese Investeringsbank) op 29 juli 2024 een call of interest gelanceerd voor een Oekraïne-faciliteit van EUR 300 mln. Deze faciliteit is bedoeld om de capaciteit voor mkb-transacties met Oekraïne te vergroten door een deel van het risico van nationale ekv’s te contragaranderen. Het is voor het eerst dat de EU en ECA's op deze wijze hun krachten bundelen. Dit kan een opmaat zijn naar meer EU-coördinatie en samenwerking om zo kansen voor het bedrijfsleven op strategische thema’s zoals het creëren van duurzame waardenketens voor kritieke grondstoffen, energietransitie en sociale infrastructuur te vergroten. Dit gebeurt in het kader van de zogeheten Global Gateway. Momenteel lopen er pilots in Costa Rica (elektrische bussen), Ghana (vaccinatiefabriek) en Kazakhstan (kritieke grondstoffen). Bent u actief in deze sectoren en wilt u meer weten, neem dan contact met ons op. Relevante pilotprojecten vanuit de EU zullen we kenbaar maken via onze kanalen.
Het internationale werk gaat echter veel verder dan internationaal overleg en onderhandelingen. Exportkredietverzekeraars zijn onderling transparant over wat ze wel – en niet – doen. Dat levert veel interessante informatie op. Zo speelt bij veel ECAs ‘strategic national interest’ een steeds grotere rol. Wij zien dat veel exportkredietverzekeraars in Europa tegenwoordig actief zijn op het gebied van strategische grondstoffen. Hierbij wordt als tegenprestatie voor de financiering die wordt verzekerd niet, zoals gebruikelijk bij een reguliere ekv, export vanuit het eigen land gevraagd, maar toekomstige import naar het eigen land. Ook Atradius DSB biedt dit in de vorm van een pilot aan, indien er sprake is van een langlopend afnamecontract met een Nederlands bedrijf voor strategische grondstoffen, groene waterstof of andere biobrandstoffen. We kunnen dan kijken of de financiering van het opzetten van een productiefaciliteit in het exporterende land door ons verzekerd kan worden. Vanzelfsprekend moet het in alle opzichten – niet alleen financieel maar ook op het gebied van milieu en sociaal en compliance – een acceptabel risico zijn. Bedrijven die belangstelling hebben nodigen wij van harte uit om contact op te nemen! Later dit jaar zal het ministerie van Financiën besluiten of dit een vast onderdeel van het aanbod wordt
Ingeborg van den Nieuwendijk - Deputy Head Strategy & International (meer over Ingeborg)
Ivo Habets - Senior Advisor Products and International Relations (meer over Ivo)