Amerikaanse verkiezingen: welke kant gaat het op met het handelsbeleid?
De aanstaande Amerikaanse presidentsverkiezingen zijn cruciaal voor het handelsbeleid van de Verenigde Staten en daarmee ook voor de wereldhandel.
Trump of Harris bepaalt de koers
In de verkiezingen van 2016 kwam Donald Trump met een protectionistische agenda op de proppen die de Amerikaanse handelsrelaties fundamenteel veranderde. Met name de handelsrelatie met China kwam onder hoogspanning te staan. De importtarieven die toen werden afgekondigd, met name op staal, aluminium en Chinese import, veroorzaakte een handelsconflict met wereldwijde implicaties. Nu de verkiezingen van 2024 naderen, roept een mogelijke terugkeer van Trump, evenals het mogelijke presidentschap van Kamala Harris, vragen op over de richting van het Amerikaanse handelsbeleid en wat dat zal betekenen voor de wereldeconomie.
Het Amerikaanse handelsbeleid in de afgelopen jaren
De afgelopen tien jaar is het Amerikaanse handelsbeleid opgeschoven van vrijhandel naar een meer protectionistisch beleid. Deze verschuiving werd gemotiveerd door de toenemende geopolitieke rivaliteit tussen de VS en China. Trump won de verkiezingen van 2016 met een nationalistische agenda met als doel om handelsonevenwichtigheden aan te pakken en de binnenlandse industrie te beschermen. Spanningen aan de Chinese kant werden aangewakkerd door verzet tegen de Amerikaanse dominantie van de multilaterale orde, die door China werd gezien als een ondermijning van zijn economische ambities en soevereiniteit.
In 2018 legde de regering-Trump brede tarieven op aan Chinese importen, en ook aan importen van staal en aluminium, waaronder die uit de EU. Naast het aanpakken van handelsonevenwichtigheden en het beschermen van de Amerikaanse industrie, waren de beperkingen gericht op strategische goederen om Amerikaanse technologie te beschermen. Hoewel Trumps protectionistische maatregelen vergeldingstarieven van handelspartners veroorzaakten, sloegen ze goed aan bij een deel van het electoraat dat zich zorgen maakte over banenverlies en een krimpende industrie.
Handelsgroei trekt in 2024 aan
President Biden heeft de protectionistische koers voortgezet. Dit deed hij door niet alleen de tarieven uit het Trump-tijdperk op China te handhaven, maar ook de importbeperkingen uit te breiden. De voortzetting van het nationalistische handelsbeleid weerspiegelt bredere zorgen over de nationale veiligheid en de wereldwijde concurrentie. Biden heeft het handhaven van tarieven op Chinese importen gerechtvaardigd als noodzakelijk om marktverstoringen te voorkomen en binnenlandse industrieën te beschermen, waarvan er veel ook hebben geprofiteerd van ongekende federale subsidies onder het beleid van zijn regering, waaronder de Inflation Reduction Act en de CHIPS and Science Act.
De regering-Biden wijkt af van het protectionisme van Trump in haar focus op het vergroten van de handel met bevriende landen – bekend als 'nearshoring' of 'friendshoring'. Het Amerikaanse handelsbeleid heeft de afgelopen vier jaar steeds meer geprobeerd om bredere doelen te bereiken, zoals het aanpakken van klimaatverandering en het waarborgen van veerkrachtige toeleveringsketens. Een belangrijk voorbeeld is de 'Global Arrangement on Sustainable Steel and Aluminum'.
VS & EU
Deze voorgestelde handelsregeling tussen de VS en de EU wil tarieven opleggen op metalen die op milieuonvriendelijke manieren worden geproduceerd, met het oog op het beteugelen van China's dominante positie in de wereldwijde staalproductie. Biden heeft de tarieven op staal- en aluminiumimporten uit Europa sinds 2021 opgeschort om onderhandelingen over deze regeling mogelijk te maken. Vergeldingstarieven van de EU op iconische Amerikaanse goederen zoals motorfietsen en whisky zijn op hun beurt opgeschort, wat een meer diplomatieke benadering van handelsgeschillen weerspiegelt.
Wat is de volgende stap in het Amerikaanse handelsbeleid?
De opmerkelijke verschuiving in het Amerikaanse handelsbeleid, geïnitieerd door Trump en min of meer voortgezet door Biden, heeft aanzienlijke gevolgen gehad voor de Amerikaanse en wereldwijde handel. Het aandeel van China in de Amerikaanse import is gedaald tot slechts 14%, van 22% vóór het begin van de handelsoorlog. Die kloof is meer dan opgevuld door Amerikaanse bondgenoten in Noord-Amerika, opkomend Azië en de EU. Hoe de Amerikaanse en wereldwijde handel zich in de toekomst ontwikkelt, is sterk afhankelijk van de resultaten van de presidentsverkiezingen in november.
Donald Trump: agressief protectionisme
Oud-president Donald Trump voert campagne op een platform dat het agressieve protectionisme van zijn eerste termijn nieuw leven wil inblazen. Centraal in zijn handelsbeleid staat het voorstel voor een tarief van 60% op Chinese importen en een minimumtarief van 10% op alle importen naar de VS. Deze aanpak, die is aangenomen als onderdeel van de officiële beleidsagenda van de Republikeinse Partij, is erop gericht om het mondiale speelveld voor Amerikaanse werknemers en industrieën gelijk te trekken. Dit met het oog op oneerlijke handelspraktijken van Amerikaanse concurrenten, met name China.
Hoewel China nog steeds het primaire doelwit zou blijven, zou Trumps universele tarief van 10% alle importen beïnvloeden. Dit leidt mogelijk weer tot nieuwe verstoringen in de wereldwijde toeleveringsketens. Een minimumtarief van 10% zou de economische groei drukken en kunnen leiden tot vergeldingsmaatregelen van belangrijke handelspartners en traditionele bondgenoten, zoals de EU en Zuidoost-Azië. Dit zou de inspanningen bemoeilijken om bredere wereldwijde uitdagingen zoals klimaatverandering en veiligheid aan te pakken.De dalende inflatie, die naar verwachting eind 2024 onder de 2% komt, laat geleidelijk een versoepeling van het monetaire beleid toe. De Europese Centrale Bank (ECB) maakte in juni 2024 al een eerste renteverlaging bekend. Wij verwachten dat de ECB nog een aantal renteverlagingen zal doorvoeren in de rest van 2024 en in 2025.
Kamala Harris: accenten op milieu- en arbeidsrechten
Vicepresident Kamala Harris zal naar verwachting een groot deel van de aanpak van de regering Biden op het gebied van handel voortzetten en er tegelijkertijd haar eigen prioriteiten aan toevoegen. Hoewel ze tijdens haar vicepresidentschap minder vocaal over handel was, heeft Harris zich consequent aangesloten bij beleid dat de nadruk legt op ecologische duurzaamheid en arbeidsrechten. Haar staat van dienst als senator weerspiegelt scepsis ten opzichte van grootschalige vrijhandelsovereenkomsten, met name als ze geen aandacht besteden aan milieu- en arbeidsproblemen. Ze was een van de slechts tien senatoren die in 2020 tegen de overeenkomst tussen de VS, Mexico en Canada (USMCA) stemden, waarbij ze aanhaalde dat er onvoldoende bepalingen waren om klimaatverandering aan te pakken.
Harris' standpunt over China blijft in lijn met het beleid dat al onder de regering Biden is ingezet en dat erop gericht is de afhankelijkheid van Chinese toeleveringsketens te verminderen. Haar focus zou echter waarschijnlijk verschuiven naar meer gerichte acties, zoals het promoten van regionale partnerschappen in Latijns-Amerika en Azië om alternatieve toeleveringsketens op te bouwen. Harris zou handel waarschijnlijk ook gebruiken als een instrument om arbeidsrechten wereldwijd te versterken, wat een langdurige Democratische prioriteit weerspiegelt.
Tegenwind voorzien voor de Europese economie
ectionisme onder een tweede Trump-presidentschap zou de wereldhandel onder druk zetten. Het totale volume van de wereldwijde goederenexport zou aan het einde van een tweede termijn Trump 4% lager zijn in vergelijking met een Harris-presidentschap. De lagere vraag naar handel zou te wijten zijn aan directe handelsbeperkingen, maar ook aan een tragere economische groei. Het wereldwijde bbp zou aan het einde van 2028 0,8% lager zijn onder een Trump-scenario dan onder het Harris-scenario (zie figuur ->).
China en de VS zouden de grootste verliezers zijn.
Als we eerdere trends zouden doortrekken, dan zou een handelsoorlog leiden tot een verdere de-risking van de toeleveringsketens in Azië. Hierdoor wordt de handel steeds meer verlegd van China naar derde landen die niet direct geraakt worden door de sancties, zoals Vietnam en India. Deze strategie werkt echter alleen als de Trump-regering in een later stadium geen antidumpingtarieven oplegt om te voorkomen dat Chinese exporteurs hun goederen alsnog via derde landen naar de VS proberen te krijgen.
De Europese Unie
De Europese Unie zou relatief minder negatief worden beïnvloed door een Trump-presidentschap dan andere Amerikaanse handelspartners, maar er zouden nog steeds aanzienlijke kosten zijn. De EU heeft geen vrijhandelsovereenkomst met de VS en zou tegen eind 2025 onder Trump onderworpen kunnen worden aan het universele invoertarief van 10%. In dat geval zou de EU naar verwachting vergeldingstarieven opleggen, zoals zij eerder heeft gedaan – waarschijnlijk gericht op goederen die belangrijk zijn voor Trump-kiezers. Hoewel inflatieverhogend, blijft de impact van deze tarieven waarschijnlijk beperkt. Bovendien zou een tragere economische groei de prijsdruk verder compenseren.
Nederland
De Nederlandse economie zou in 2028 waarschijnlijk 0,8% kleiner zijn in een Trump-scenario vergeleken met Harris - twee keer zoveel als voor de EU als geheel. De Nederlandse economie is niet al te direct kwetsbaar voor het Amerikaanse handelsbeleid, aangezien slechts 5% van de Nederlandse export naar de VS gaat en deze export grotendeels niet gerelateerd is aan gevoelige industrieën zoals staal, aluminium of personenauto's. Maar in plaats daarvan zouden de indirecte effecten van hogere prijzen, hogere rentetarieven en een lagere wereldwijde vraag de Nederlandse economische groei onder een Trump-scenario afremmen.
Dana Bodnar, econoom